Soms geeft het (borst)voeden van je baby zoveel spanning,
dat niemand meer blij is.
Hoe het fijn gaat
Tijdens de zwangerschap leeft je baby in je buik en geef je voeding via de navelstreng. Dat gaat meestal vanzelf en makkelijk. Na de geboorte gaat je lijf hiermee door en zorgen je borsten voor de voeding (als je borstvoeding geeft). Je baby heeft melk en ontspannen veilige armen om hem of haar heen nodig.
Jouw lijf is hierop afgestemd en je baby’s lijf ook. Je borsten maken melk en je baby heeft krachtige reflexen om naar de borst te gaan, zichzelf aan te leggen en te gaan drinken. Dat is niet alleen prettig, maar ook van levensbelang. Want zonder voeding kan je baby niet leven en juist je baby in leven houden is een groot thema in de eerste weken na de bevalling.
Doordat je baby in de eerste paar dagen nog niet zoveel honger maar juist wel die heel krachtige reflexen om zich aan te leggen heeft, is die periode ideaal om het voeden aan de borst samen goed te oefenen. Je borsten zijn nog soepel, je baby heeft nog niet zoveel melk nodig en de gouden uren (dagen) met het huid- op huidcontact maken het drinken aan de borst doorgaans goed te doen. Na een dag of twee a drie krijgt je baby behoefte aan meer melk, worden je borsten enthousiast en hebben jullie er al heel wat positieve oefenmomenten opzitten. Jullie voelen allebei dat jullie goed samenwerken en dat het goed gaat.
Kortom, als het drinken goed gaat kan je baby goed groeien en kunnen jullie beiden ontspannen. Ontspannen betekent oxytocine, en dat zorgt weer voor een goede melkstroom en een krachtig gevoel van verbondenheid. Allebei blij. Maar ook: alleen als je ontspannen bent kun je goed iets nieuws leren. Daarom heb jij een fijne omgeving nodig om in rust te oefenen met voeden en kan je baby alleen leren drinken als hij of zij niet overstuur is. Daarbij ben jij (of je partner) de omgeving van je baby, dus werken jullie hierin samen en bekrachtigen elkaar. Lekker drinken, groeien en leven.
Maar het kan ook anders gaan.
Misschien ben jij of is je baby niet ontspannen na de bevalling. Is er pijn, angst of stress bij jullie en gaat het oefenen aan de borst helemaal niet zo leuk. Na een paar dagen kan het dan zijn dat de spanning nog verder stijgt. Je baby heeft nu echt honger en meer melk nodig, jij maakt je zorgen over je kind en voor je partner kan het frustrerend zijn om erbij te staan en weinig te kunnen doen. We zien dan een baby die al gaat huilen als hij of zij dichtbij de borst komt. En een moeder die gespannen raakt, zweet op haar rug heeft en eigenlijk liever een fles wil geven. De partner is vaak al terecht de kamer uitgelopen. Alle lichamen voelen: dit gaat niet goed, en als de baby niet drinkt kan hij of zij niet leven. Kortom, heel veel stress en daardoor nog meer spanning en is het voeden aan de borst vaak nóg moeilijker. Een vicieuze cirkel om te huilen.
Wat kan je dan doen?
Eerst terug naar de basis gaan: je baby heeft melk en ontspannen veilige armen om hem of haar heen nodig. Leg je baby bloot op je blote borst, adem even goed in en uit en laat je baby’s reflexen van dienst zijn. Kijk of hij of zij naar de borst gaat en zichzelf aanlegt en gaat drinken. Als dit niet meteen lukt, of als je baby overstuur raakt, is dat niet erg. Dan stop je met proberen aan te leggen en ga je door met op een andere manier melk geven aan je baby. Dat kan met een fles, met vingervoeden of met een cupje. Hierdoor zal je baby kalmeren en jij daarom ook. Het is heel bevredigend om je baby melk te zien drinken. Bij de volgende voeding, wanneer je baby weer voelt dat hij of zij graag wil drinken, probeer je het aanleggen opnieuw, waarbij je kan overwegen om tussendoor je baby huid- op huid bij je te houden. Laat je baby weten dat er melk genoeg is, maak gebruik van je stem en blijf op je ademhaling letten. Baby’s hebben enorme voelsprieten en zijn erg gevoelig voor lichaamstaal. Ook nu stop je meteen met proberen aan te leggen zodra je merkt dat je baby niet meer ontspannen is. Dat kan al heel snel zijn. Baby’s kunnen vlot veel spanning ervaren maar gelukkig ook snel weer volledig ontspannen zijn. En omdat je baby vaak wil drinken, is er altijd een nieuwe kans om te oefenen.
Op deze manier kan je baby ervaren dat het gebied rondom de borst weer fijn is en jij ook. Hij of zij hoeft zich geen zorgen hoeft te maken over voldoende melk intake. En jij of jullie kunnen ontspannen in de wetenschap dat jullie baby groeit. Het ligt in de lijn der verwachting dat je baby na een paar dagen met veel plezierige momenten bij of aan de borst, weer volledig bij je zal drinken.
Een side note: zorg er wel voor dat je voldoende melk maakt. Dit doe je door zodra je merkt dat je baby niet aan de borst drinkt (en dit kan ook al een paar uur na de bevalling zijn) je borsten frequent te stimuleren. Met je hand of met een kolf. Als je (nog) niet voldoende melk maakt, dan kun je donormelk of kunstvoeding gebruiken om je baby te voeden zolang dat nodig is. Want je weet: Je baby heeft melk en ontspannen veilige armen om hem of haar heen nodig, en jij als ouder kan dat het beste geven.
Tijdens de zwangerschap leeft je baby in je buik en geef je voeding via de navelstreng. Dat gaat meestal vanzelf en makkelijk. Na de geboorte gaat je lijf hiermee door en zorgen je borsten voor de voeding (als je borstvoeding geeft). Je baby heeft melk en ontspannen veilige armen om hem of haar heen nodig.
Jouw lijf is hierop afgestemd en je baby’s lijf ook. Je borsten maken melk en je baby heeft krachtige reflexen om naar de borst te gaan, zichzelf aan te leggen en te gaan drinken. Dat is niet alleen prettig, maar ook van levensbelang. Want zonder voeding kan je baby niet leven en juist je baby in leven houden is een groot thema in de eerste weken na de bevalling.
Doordat je baby in de eerste paar dagen nog niet zoveel honger maar juist wel die heel krachtige reflexen om zich aan te leggen heeft, is die periode ideaal om het voeden aan de borst samen goed te oefenen. Je borsten zijn nog soepel, je baby heeft nog niet zoveel melk nodig en de gouden uren (dagen) met het huid- op huidcontact maken het drinken aan de borst doorgaans goed te doen. Na een dag of twee a drie krijgt je baby behoefte aan meer melk, worden je borsten enthousiast en hebben jullie er al heel wat positieve oefenmomenten opzitten. Jullie voelen allebei dat jullie goed samenwerken en dat het goed gaat.
Kortom, als het drinken goed gaat kan je baby goed groeien en kunnen jullie beiden ontspannen. Ontspannen betekent oxytocine, en dat zorgt weer voor een goede melkstroom en een krachtig gevoel van verbondenheid. Allebei blij. Maar ook: alleen als je ontspannen bent kun je goed iets nieuws leren. Daarom heb jij een fijne omgeving nodig om in rust te oefenen met voeden en kan je baby alleen leren drinken als hij of zij niet overstuur is. Daarbij ben jij (of je partner) de omgeving van je baby, dus werken jullie hierin samen en bekrachtigen elkaar. Lekker drinken, groeien en leven.
Maar het kan ook anders gaan.
Misschien ben jij of is je baby niet ontspannen na de bevalling. Is er pijn, angst of stress bij jullie en gaat het oefenen aan de borst helemaal niet zo leuk. Na een paar dagen kan het dan zijn dat de spanning nog verder stijgt. Je baby heeft nu echt honger en meer melk nodig, jij maakt je zorgen over je kind en voor je partner kan het frustrerend zijn om erbij te staan en weinig te kunnen doen. We zien dan een baby die al gaat huilen als hij of zij dichtbij de borst komt. En een moeder die gespannen raakt, zweet op haar rug heeft en eigenlijk liever een fles wil geven. De partner is vaak al terecht de kamer uitgelopen. Alle lichamen voelen: dit gaat niet goed, en als de baby niet drinkt kan hij of zij niet leven. Kortom, heel veel stress en daardoor nog meer spanning en is het voeden aan de borst vaak nóg moeilijker. Een vicieuze cirkel om te huilen.
Wat kan je dan doen?
Eerst terug naar de basis gaan: je baby heeft melk en ontspannen veilige armen om hem of haar heen nodig. Leg je baby bloot op je blote borst, adem even goed in en uit en laat je baby’s reflexen van dienst zijn. Kijk of hij of zij naar de borst gaat en zichzelf aanlegt en gaat drinken. Als dit niet meteen lukt, of als je baby overstuur raakt, is dat niet erg. Dan stop je met proberen aan te leggen en ga je door met op een andere manier melk geven aan je baby. Dat kan met een fles, met vingervoeden of met een cupje. Hierdoor zal je baby kalmeren en jij daarom ook. Het is heel bevredigend om je baby melk te zien drinken. Bij de volgende voeding, wanneer je baby weer voelt dat hij of zij graag wil drinken, probeer je het aanleggen opnieuw, waarbij je kan overwegen om tussendoor je baby huid- op huid bij je te houden. Laat je baby weten dat er melk genoeg is, maak gebruik van je stem en blijf op je ademhaling letten. Baby’s hebben enorme voelsprieten en zijn erg gevoelig voor lichaamstaal. Ook nu stop je meteen met proberen aan te leggen zodra je merkt dat je baby niet meer ontspannen is. Dat kan al heel snel zijn. Baby’s kunnen vlot veel spanning ervaren maar gelukkig ook snel weer volledig ontspannen zijn. En omdat je baby vaak wil drinken, is er altijd een nieuwe kans om te oefenen.
Op deze manier kan je baby ervaren dat het gebied rondom de borst weer fijn is en jij ook. Hij of zij hoeft zich geen zorgen hoeft te maken over voldoende melk intake. En jij of jullie kunnen ontspannen in de wetenschap dat jullie baby groeit. Het ligt in de lijn der verwachting dat je baby na een paar dagen met veel plezierige momenten bij of aan de borst, weer volledig bij je zal drinken.
Een side note: zorg er wel voor dat je voldoende melk maakt. Dit doe je door zodra je merkt dat je baby niet aan de borst drinkt (en dit kan ook al een paar uur na de bevalling zijn) je borsten frequent te stimuleren. Met je hand of met een kolf. Als je (nog) niet voldoende melk maakt, dan kun je donormelk of kunstvoeding gebruiken om je baby te voeden zolang dat nodig is. Want je weet: Je baby heeft melk en ontspannen veilige armen om hem of haar heen nodig, en jij als ouder kan dat het beste geven.